Richtlijn: WAT TE DOEN BIJ EEN HYPO BIJ CANINSULIN.

Alle informatie over insuline en het gebruik ervan!
Gesloten
Gebruikersavatar
Jeanne
...VETERINAIR... ....DIABETES..... ...CONSULENT...
...VETERINAIR... ....DIABETES..... ...CONSULENT...
Berichten: 16264
Lid geworden op: 18 sep 2005, 12:33
Locatie: Almelo - Mickey is over de Regenboogbrug maar kreeg ruim 8 jaar Caninsulin.
Contacteer:

Richtlijn: WAT TE DOEN BIJ EEN HYPO BIJ CANINSULIN.

Bericht door Jeanne »

ALGEMENE RICHTLIJN, WAT TE DOEN TIJDENS EEN HYPO BIJ GEBRUIK VAN CANINSULIN

Deze algemene richtlijn is in principe bedoeld voor degenen die hun kat zelf kunnen testen, want zonder testen is het heel moeilijk te controleren of de behandeling wel aanslaat. Kun je nog niet testen en dus niet weet of het om hypo of hyper gaat, pas dan toch de richtlijn hypo in lichte mate toe en neem direct contact op met de dienstdoende (spoed)dierenarts.

Let wel: als de kat heel erg sloom en slap is of stuipen heeft, direct de dierenarts bellen en onderweg, met tussenpozen van ong. 5 min., stroop op de wangzak en onder de tong smeren, neem iemand mee die dit kan doen tijdens de rit.

In ieder geval, hopen we hiermee wat handvatten aan te reiken, hoe een hypo te behandelen, met of zonder symptomen, waarmee je het leven van je suikerkat kunt redden.


Even een korte uitleg tussen Hypo en Hyper

“HYPER” is afgeleid van Hyperglycemie en betekent dat de bloedsuikerspiegel te HOOG is, 15 mmol/l en hoger; erg hoge waarden zijn boven de 25 mmol/l.
Hyper is gevaarlijk op lange termijn. Wanneer er te lang een erg hoge waarden word gemeten, krijgen de nieren en het hart het moeilijk.

“HYPO” is afgeleid van Hypoglycemie en betekent dat de bloedsuikerspiegel te LAAG is, 4 mmol/l en lager .
Hypo kan direct gevaarlijk zijn en kan leiden tot bewusteloosheid, coma, hersenbeschadiging en/of de dood. Er moet dus snel en adequaat gehandeld worden.
Hypo wordt veroorzaakt wanneer er teveel insuline in het lichaam aanwezig is. Dat kan doordat:
  • de kat niet genoeg gegeten heeft en wel de volle berekende dosering insuline gekregen heeft.
  • de kat heeft wel genoeg gegeten en heeft de berekende dosering gekregen, maar heeft overgegeven en dit is niet opgemerkt.
  • de kat krijgt te veel insuline, doordat er een verkeerde berekening gemaakt is, te hoog gestart is met de dosering of te snel verhoogd


Hypo en Hyper lijken met een aantal symptomen op elkaar, maar moeten wel anders behandeld worden; ook treden niet altijd alle symptomen op en niet alle katten reageren hetzelfde.
Er zijn katten die zwaar hypo zitten (onder 2 mmol/l) die geen symptomen laten zien en huppelen gewoon rond en andere katten vertonen de ergste symptomen, die maar net onder de 4 mmol/l meten. Daarom vinden wij zelf testen zo belangrijk.


SYMPTOMEN (meest voorkomende)
  • Plotseling optredende ‘vreet’honger
  • Vreemd uit de ogen kijken, lijkt op starende ‘holle’ ogen
  • Trillen
  • Zwak op de poten staan
  • Gedesoriënteerd rondlopen
  • Op vreemde plekjes snuffelen
  • Zichtproblemen … tegen meubels lopen
  • Slechte coördinatie zoals zwalken, rondjes lopen of ‘dronken’ gedrag
  • Van kop en nek andere beweging
  • Rusteloosheid
  • Dwingend klagend miauwen
  • Gedragsverandering zoals agressie
  • Plotseling ontzettend abnormaal actief worden
  • Stuipen of toevallen
  • Bewusteloosheid


Wat heb je (op voorhand) nodig om een eventuele hypo te behandelen?
  • Glucosemeter
  • Teststrips; zorg voor een goede voorraad
  • Snelle suikers; zoals zoete (appel)stroop of honing. Druivensuiker wordt geadviseerd door de dierenarts, maar moet eerst opgelost worden, bovendien als de kat al niet meer goed kan reageren zoals slikken, is het gevaarlijk om opgeloste druivensuiker te geven. Daarom adviseren wij altijd zoete (appel)stroop of honing in huis te hebben. (een klodder op de binnenkant wangen en tong smeren, wordt snel opgenomen door de slijmvliezen)
  • (Koolhydraatrijk) nat- en droogvoer
  • Een paar lege 5 en 10ml (voeder)spuiten zonder naald, zijn verkrijgbaar bij de dierenarts


BEHANDELING tijdens hypo
  • Onder de 4 mmol/l IS hypo, ongeacht of er wel of geen symptomen zijn. Hoe lager de waarden, hoe zwaarder de hypo. Test, bij twijfel, vooral als er geen symptomen zijn, meteen nog een keer; soms krijg je ook een lage waarde omdat de bloeddruppel te klein was.
  • Door het geven van snelle suikers, zoals stroop, zal de bloedsuikerspiegel snel stijgen maar van korte duur zijn.
  • Geef na de klodder stroop en alleen als de kat zelf kan eten, ook wat kleine beetjes nat- en droogvoer, liefst iets met koolhydraten. Natvoer zal de bloedsuikerspiegel sneller laten stijgen dan brokjes omdat het eerder verteerd is, een combinatie van nat- en droogvoer, zal de bloedsuikerspiegel geleidelijk laten stijgen, voer voor de korte en lange termijn dus.
  • In ieder geval iedere 15-20 minuten blijven testen en kleine beetjes eten geven tot de waarde boven de 4 mmol/l is, daarna mag ieder 30-45 min getest worden, totdat de 5 6 mmol/l bereikt is. Daarna om de 1-2 uur, ligt ook aan hoe lang het nog duurt dat de insuline is uitgewerkt.
  • Wanneer de waarden niet willen stijgen en rond de 2-3 mmol/l en lager blijven hangen, ondanks de snelle suikers en eventueel voer, dien je zsm naar de dichtstbijzijnde dierenarts te gaan. Blijf snelle suikers geven met korte tussenpozen tijdens de autorit en dat betekent dus, dat er iemand mee moet die dit kan doen. Dit ook wanneer de kat stuipen krijgt of bewusteloos raakt.
  • De dierenarts zal een glucose infuus moeten geven, waarschijnlijk is dat glucagon. Glucagon is een hormoon dat de tegenovergestelde werking van insuline heeft; het verhoogt de bloedsuikerspiegel.
  • Laat je niet afschepen met: “Geef wat druivensuiker, (stroop,honing)”, want dat is het eerste wat je al gedaan hebt. Per slot van rekening ga je niet daarom met hoge spoed naar de dierenarts.


Zware symptomen zoals stuipen of coma of omvallen
Wrijf zoete stroop, honing of druivensuiker op het tandvlees en de binnenkant van de wangen van je kat, als dat lukt.
Bij stuipen van de kat, nooit (appel)stroop, honing of druivensuiker in het bekje spuiten, de kat kan stikken omdat hij niet kan slikken. Reden genoeg om met spoed naar de dichtstbijzijnde diensthebbende dierenarts te gaan en blijf stroop, honing of druivensuiker aan de binnenkant van de wangen, tandvlees of tong smeren tijdens het autoritje, daarom moet wel iemand meerijden.


Hoe verder NA de hypo?
In de meeste gevallen moet er na een hypo de volgende spuit worden overgeslagen; ook al zal de pre rond de 20 zitten, maar die is dan veroorzaakt door de vele suikers en eten die gegeven is om de waarden op te krikken.
Omdat een hypo vaak een oorzaak is van teveel insuline, zal de dosering moeten worden verlaagd. De eerste spuit sla je over, maar wel de pre testen. De daarop volgende spuit geven aan de hand van de pre waarden. Overleg dit op het forum zodat men mee kan denken waarmee te starten bij welke waarden. Er is geen standaardlijstje voor en is afhankelijk van de dosering voor de hypo , de sterkte van de hypo en de gemeten pre’s.
Kom je er na de spuit achter dat je per ongeluk teveel insuline gespoten hebt en je kat lijkt daar in eerste instantie geen last van te hebben, neem contact met de dierenarts en geef bij voorkeur wat snelle suikers en extra voer.

Met deze richtlijnen proberen we je goed mogelijk voor te bereiden op een hypo. Weet wat er kan gebeuren, waar je op moet letten en wat je moet doen.

Print dit topic en bewaar het bij je suikerkat paperassen of sla het op in je computer, zodat je het altijd bij de hand hebt, mocht het forum onbereikbaar zijn.
Gebruikersavatar
Nynke
...VETERINAIR... ....DIABETES..... ...CONSULENT...
...VETERINAIR... ....DIABETES..... ...CONSULENT...
Berichten: 14789
Lid geworden op: 03 nov 2008, 17:58
Locatie: Rotterdam
Contacteer:

Re: Richtlijn: WAT TE DOEN BIJ EEN HYPO BIJ CANINSULIN.

Bericht door Nynke »

AANVULLING (wordt nog verder verwerkt):

Tot dusver hebben we ons altijd strikt gehouden aan de genoemde ondergrens van 6 (5 in het protocol van Intervet), waar tot op de dag van vandaag niks mis mee is trouwens.

Naar aanleiding van de reactie van de arts van de Universiteit Gent (Xanthos van Aggy) heb ik de vraag aan Intervet gesteld hoe dit nu precies zit. Het huidige protocol is opgesteld uitgaande van ander meetgedrag dan wij vaak hanteren. Met minder metingen is het logisch dat de waarden van de ondergrens veiliger gehouden worden. Voor personeel dat vaak meet (elke pre en dagelijks een laag punt bijvoorbeeld) kunnen de cijfers iets soepeler worden gehanteerd.

Intervet geeft aan dat waarden van 4 ook bij Caninsulin best kunnen en geen reden zijn tot paniek. Daarentegen is het ook geen waarde waar laks mee omgegaan mag worden.

- Kat in elk geval eten geven
- Blijf meten tot je er zeker van bent dat de kat niet verder dan dat zakt
- Beoordelen of het een oorzaak heeft (overgeven, minder eten, meer activiteit, lagere pre)
- In geval van een oorzaak kun je er voor kiezen de dosering bij de volgende spuit gewoon aan te houden

LET OP! Je hoeft die 4 NIET op te gaan zoeken! 5, 6, 7, 8, 9 is echt prima
Wat het voordeel van de kennis van de marge is, is voornamelijk voor katten die op een dosering net te laag lijken te gaan en met een beetje minder net te hoog blijven.

Voor deze katten kunnen wat lagere waarden dus prima, mits je het heel goed in de gaten houdt en heel frequent kan meten.

Persoonlijk zou ik er voor kiezen om volgens het protocol te blijven werken (zonder dan de zware ongerustheid van een meting van 4) en te verlagen als de kat teveel naar de genoemde ondergrens van 5/6 neigt. Blijft de kat op die lagere dosering weer net te hoog, dan is die ondergrens wat naar beneden brengen dus toegestaan.

Uiteraard ook opletten of de kat de volgende curven goed reageert, want Somogyi ligt natuurlijk altijd om de hoek en per kat zal verschillen wat te laag is en hoe gevoelig ze daarvoor zijn.
Gesloten